woensdag 3 november 2021

21 boeken... die iedereen moet gelezen hebben... deel 1 (in willekeurige volgorde)

1. De ontdekking van de hemel - Harry Mulisch

Ik noem dat vaak de beste roman uit het Nederlandse taalgebied. Dat is wat onnozel, want om dat te beweren moet je natuurlijk alle romans uit het Nederlandse taalgebied gelezen hebben. Dat heb ik niet. Maar tjongejonge wat een boek. 

Waar zit de sterkte van de roman? Het grootse opzet (een boek waarin God meedoet!) het gaat over alles, de vertelkracht van Mulisch in een taal die nooit een loopje neemt met het verhaal (zoals dat hoort, meneer Brouwers), maar vooral de spitse, intelligente dialogen tussen de twee hoofdpersonages.

Een roman om vingers én tenen bij af te likken.


2. Kosmos - Witold Gombrowicz


Wat kan ik zeggen? Ik heb mijn masterproef, die toen nog gewoon thesis heette, geschreven over de creatie van een werkelijkheid in deze roman. Een dun romannetje van een geniale Poolse schrijver-denker (die hooguit vier romans schreef en daar nooit voldoende voor werd geprezen) waarbij je bij eerste lezing denkt WTF?! - ik dacht destijds gewoon Wat is dit?! - maar wanneer je er na twee, drie lezingen ontdekt waarover het écht gaat.

Meesterlijk. Maar vergt doorzettingsvermogen. Wanneer je de moed hebt om ook de andere romans van Gombrowicz te lezen, gaat een heel nieuwe wereld voor je open.

Los van zijn werk hou ik ook van de man zelf. Zijn ideeëngoed, zijn levenshouding, zijn cynisme, zijn arrogante blik, zijn intelligentie, zijn misantropie... Lekker!


3. Schuld en boete - Fjodor Dostojevski


Een classic. Het is zeker  een van de romans die ik het vaakst gelezen heb (samen met enkele andere uit deze lijst). Zoals ik elke dag boterhammen met kaas kan eten zonder dat het gaat vervelen, zo zou ik elke maand Schuld en boete kunnen lezen.

 De broeierige sfeer samen met de twijfels, de psychologische kwellingen van Raskolnikov. Daar komt bij dat je als lezer al tamelijk snel doorhebt dat het wel fout moet lopen. En dat alles in de setting van een vuil, groezelig, armetierig Sint-Petersburg in woelige tijden. Geweldig.


4. Een kleine geschiedenis van bijna alles - Bill Bryson


Het enige boek dat ik van Bryson heb gelezen. En in alle eerlijkheid heb ik ook niet de behoefte om meer te lezen. Maar dit boek is met voorsprong (sorry Sapiens) het beste non-fictieboek dat ik ooit las (en ik lees er veel). Dit boek gaat letterlijk over alles. Over alles wat je in de middelbare school leerde over wetenschappen en over die paar dingetjes die je niet leerde. 

Ik zeg tegen mijn kinderen dat ze de middelbare school kunnen overslaan als ze dit boek lezen en ze zelfstandig wat talen zouden leren, maar dat is misschien wat overdreven.

Bill Bryson sterkt mij overigens in de overtuiging dat je als schrijver - wat ik als broodschrijver ook ben - alles uitgelegd krijgt wanneer je jezelf de juiste vragen stelt en je antwoorden helder formuleert. Met dat argument haal ik al jaren nieuwe klanten binnen.


5. De wereld volgens Garp - John Irving


John Irving is mijn favoriete auteur geloof ik. Sinds een jaar of vijf lees ik elk jaar één boek van Irving (meer zou overkill zijn) en het overkomt me maar zelden dat het me misvalt (Owen Meany, Last night probeer ik later nog eens).

In wezen schrijft Irving telkens dezelfde roman in een andere setting, dat weet ik wel. Maar hij doet dat telkens geniaal. Grootse verhalen die over generaties heen gaan en dankzij voldoende humor lezen als een trein. 

Mocht ik de rest van mijn leven maar één auteur meer mogen lezen, het zou Irving zijn.

PS. Hotel New Hampshire is waarschijnlijk even goed als Garp.



6. De stad der wonderen - Eduardo Mendoza


Ik hecht meer belang aan verhalen dan aan taal. Als de taal me opvalt of moeite kost, haak ik af. Taal is volgens mij een middel om een verhaal te vertellen en kan nooit het doel op zich zijn. Daarom lees ik geen poëzie en daarom staat Mulisch in mijn lijst en Brouwers niet. Daarom staat Mendoza in mijn lijst. 

Een wijds uitgesponnen verhaal dat een heel leven bestrijkt en je meeneemt naar het Barcelona ten tijde van de wereldtentoonstelling. Misschien wel het beste verhaal ooit verteld. (samen met de volgende in de lijst).




7. Het spel van de engel - Carlos Ruiz Zafon


Als ik deze lijst bekijk zou het wel eens kunnen dat ik een voorliefde heb voor romans die zich in Catalonië afspelen (er volgt er namelijk nog een). In Het spel van de engel is Barcelona misschien wel de hoofdrolspeler. Het is deel twee van een vierluik. Het is de roman waarmee ik het vierluik leerde kennen. Daarna las ik het even magistrale eerste deel en de toch wel mindere delen drie en vier. 

Waarom dit tweede deel? In tegenstelling tot het eerste deel is dit een old school gothic novel. Bijna de hele actie speelt zich 's nachts af in een duister Barcelona dat het daglicht schuwt. Of misschien speelt het zich vooral in het hoofd van het hoofdpersonage af, dat in een delirium lijkt te verkeren.

In de volgende delen kom je pas echt te weten wat je in dit deel hebt gelezen, maar dat neemt niets weg van het pure genot dat je hier ervaart. Alweer een meesterlijke verteller.

8. Oom Oswald - Roald Dahl

Eerst een bekentenis: ik heb geen enkele van de kinderboeken van Roald Dahl gelezen. Maar dat heb ik ruimschoots gecompenseerd door alle kortverhalen én deze roman te blijven herlezen. Dit is by far het meest vermakelijke boek dat ik ooit las. De humor neigt naar sitcom, maar het wordt nooit gratuit.

Wat Forest Gump en de 100-jarige man die uit zijn raam kroop nog eens dunnetjes overdeden, namelijk alle influencers van hun tijd ontmoeten, deed Oom Oswald hen al decennia eerder voor en hij stal hun zaad op de koop toe.



In het tweede deel: nog 13 boeken, nog meer Russen en Polen én zelfs een jongedame!